Regionieuws

Thuiswerkers uit Randstad drijven mede prijs Arnhemse koopwoningen op. Arnhem door thuiswerken i.v.m. corona nog aantrekkelijker voor mensen uit Randstad.

14/07/2020 Bron: De Gelderlander en NVM

ARNHEM – Arnhem was al nadrukkelijk in beeld als vestigingsplaats voor mensen met een baan in de Randstad. Door het thuiswerken tijdens de coronacrisis is die ontwikkeling nog verder in een stroomversnelling gekomen.
,,De stap om te verhuizen naar het oosten is door het thuiswerken nog minder groot geworden” (dus is voor mensen uit de Randstad nog makkelijker en aantrekkelijker geworden), constateert Rob Kranen, voorzitter van de Arnhemse afdeling van de Nederlandse Vereniging voor Makelaars.
Concrete aantallen kan hij niet noemen, maar in de praktijk van alle dag is die ontwikkeling klip en klaar. ,,Als je werkt in Den Haag of Amsterdam en je hoeft daar maar één of twee keer per week echt heen, dan scheelt dat heel veel reizen.” Terwijl je wel lekker in Arnhem in een (vergeleken met de Randstad) goedkopere (of grotere) woning kan wonen.

De trek naar het oosten zorgt voor een nog krappere woningmarkt (veel vraag, weinig aanbod) in de Gelderse hoofdstad, waar volgens NVM-cijfers over het 2e kwartaal van dit jaar 58 procent van de huizen meer opbracht dan de vraagprijs. Coronacrisis? ,,Daar is op de huizenmarkt geen sprake van”, zegt Kranen. ,,Integendeel zelfs”, verwijst hij naar onder meer de belangstelling vanuit het Westen.
Vergeleken met het 2e kwartaal van 2019 is de prijs van koopwoningen in de regio Arnhem met 11 procent gestegen. Een koopwoning in Arnhem, Renkum, Rheden, Rozendaal en Deelen (het gebied van de Arnhemse NVM-afdeling) leverde de eigenaar in april, mei en juni zo gemiddeld 293.000 euro op. Huizen stonden gemiddeld niet langer dan 27 dagen te koop.

Voornaamste oorzaak voor die stijging is het geringe huizenaanbod, legt Kranen uit. Het aanbod lag de afgelopen maanden 27 procent lager dan vorig jaar. Het is hét grote verschil met de financiële crisis die tussen 2008 en 2014 de huizenmarkt lam legde. Kon een koper destijds kiezen uit acht, negen vergelijkbare woningen, op dit moment is die zogenoemde ‘krapte-indicator’ 2,3, waar 7,5 wordt beschouwd als ‘een evenwichtige markt’.

Kranen plaatst wel enkele kanttekeningen bij de Arnhemse cijfers, die over het algemeen wel dicht bij het landelijke beeld liggen. Dat huizen vaak meer opbrengen dan de vraagprijs, heeft veel te maken met de ‘vanafprijs’ waarmee veel makelaars werken. Woningen worden ‘scherp in de markt gezet’ en gaan dan vaak voor hogere bedragen van de hand.

Te weinig gebouwd
Blijft het dan hosanna op de woningmarkt? Dat ook weer niet, verwacht Kranen: ,,Er zal heus wel een kleine correctie komen als gevolg van de coronacrisis. Maar zo erg als tijdens de financiële crisis wordt het niet. De rente is ontzettend laag en er is een structureel tekort aan huizen. Vooral voor starters en mensen met een kleinere beurs zijn de afgelopen jaren te weinig woningen gebouwd.” Het feit dat er te weinig huizen gebouwd worden is dus ook een belangrijke oorzaak van de prijsstijgingen.

N.B.: de grafiek toont de transactieprijsontwikkeling per kwartaal t.o.v. hetzelfde kwartaal een jaar eerder in de NVM-regio Arnhem met helemaal rechts het 2e kwartaal 2020 (bron: NVM). Klik met de muis op de grafiek voor de volledige grafiek.